Algemeen

Ubuntu – door Henk Haenen

By juni 8, 2018november 24th, 2020Geen reacties

Ubuntu

“Wanneer ik een boom tijdens de eerste herfststorm van 2017 gevaarlijk heen en weer zie zwaaien en de afgerukte takken over straat verspreid zie liggen, dan boeit dat. Bij vlagen zwelt de storm aan tot gebulder. Dan kan ik moeilijk volhouden dat deze boom, die bij pech als een luciferhoutje breekt en op het dak van mijn huis valt, een ‘afzonderlijke boom’ is, los gedacht van deze Nederlandse herfststorm. Boom en overweldigende wind nemen mij als het ware in de waarneming op.”[1]

Deze boom, die het dak van mijn huis dreigt te vernielen, kan ik op dat moment niet interessant vinden, eerder neemt die boom samen met de wind het voortouw in de waarneming. Het geheel dringt zich aan mij op en neemt in die zin het initiatief.

Dit voorbeeld kan iets duidelijk maken van een specifieke basisoriëntatie, zeker wanneer ik mij wat ongerust maak over de bewoners onder het dak van de drie onder een kap die ’s morgens om half zeven misschien nog liggen te slapen. Moet ik aanbellen om ze te waarschuwen?

De basisoriëntatie die ik hier bedoel is een beetje verwant aan die van het Afrikaanse levensbesef ubuntu en daardoor geïnspireerde filosofieën. De werkelijkheid is in dat geval een dynamiek aan krachten. Als individu sta ik midden in dat speelveld en niet als rustige observator aan de kant. Het besef van afhankelijkheid van de natuur is aanwezig, en het bestaan van een ‘wij’, waarvan ik deel uitmaak, laat mij naar de twee deuren van mijn buren lopen, om ze wakker te bellen.

Het woorddeel ntu van ‘ubuntu’ betekent bezieling, kracht die ons en mij in beweging brengt en die wij en ik op onze beurt weer in het leven kunnen roepen. Door menswaardig te spreken en te handelen, waardoor potenties van de werkelijkheid, van het zijn – ubu – tot ontvouwing kunnen komen. Buitenin ons: interactie die eigenlijk geen afzonderlijk ‘buiten’ en ‘in’ kent, maar eerder met het voorzetsel tussen aangegeven kan worden.  

Zulke gedurige interacties kunnen de mens en zijn samenleving in medemenselijkheid – humanness – versterken of verzwakken. Om die reden wordt ubuntu-filosofie ook wel als een kracht-filosofie getypeerd, een dynamisch denken.

Umuntu ngumuntu ngabantu, we zijn slechts mens via de humaniteit van onze medemensen, betekent zowel als medemens in waardigheid erkend worden als dit zelf ook dagelijks naleven. Zo is menselijke identiteit en waardigheid een interactief proces.

Het kernwoord van ubuntu-filosofie is daarom niet zijn, maar worden.

De Zuid-Afrikaanse filosoof Mogobe Ramose spreekt om die reden over het rheomodische karakter van deze filosofie. Deze karakterisering leidt hij af van de uitspraak van de Griekse denker Herakleitos, panta rhei, alles stroomt.[2] De modus van de werkelijkheid is in eerste instantie stromend, voortdurend in verandering.

Ramose zoekt in zijn presentatie van ubuntu-filosofie de dialoog met westerse filosofie. Nu eens instemmend, dan weer tegenstemmend zoals met betrekking tot de visie van Descartes op betrouwbare kennis. Diens opvatting over ‘zeker weten’, gebaseerd op een zijns inziens onbetwijfelbare evidentie – cogito ergo sum / ik denk dus ik ben – neemt het autonoom denkende individu als uitgangspunt. Dit ‘denkende ik’ plaatst Descartes tegenover de werkelijkheid buiten dit ‘ik’. De werkelijkheid ligt als het ware klaar om zakelijk, objectiverend – de more geometrico – te onderzoeken en te gebruiken. In die zin is Descartes’ kennisopvatting een nuttigheidsopvatting.

Voor ubuntu-filosofie is zo’n tweeledige oppositie ‘ik’ tegenover de natuur of ‘ik’ tegenover de samenleving, of individu versus collectief, een vertekening van de werkelijkheid en een riskante zelfoverschatting van het individu. Dat betekent nog niet dat in ubuntu-filosofie het ‘ik’, het ‘individu’, door de gemeenschap opgeslokt wordt. Het is de positie van het ik die anders wordt opgevat. Niet tegenover, maar te midden van de samenleving.

Maar hoe is de samenleving in grote lijnen volgens ubuntu gestructureerd? Hier komen markante verschillen met de westerse concepties ervan naar voren. Niet alleen de levenden, maar ook de levende doden en nog niet geborenen maken er in ubuntu deel van uit. Met andere woorden, over dood en leven wordt beslissend anders gedacht dan in het Westen gebruikelijk is: niet in radicaal of absoluut gedachte tegenstellingen, maar in opposities die een aanvullend, een complementair karakter hebben. De Nigeriaanse filosofe Sophie Olúwolé geeft dit soort verschil, met de begrippen ‘binary opposition’ en ‘binary complementarity’ aan.[3] Tegenstellingen krijgen in deze visie een verrijkende betekenislading omdat er overkoepelend of dragend een gemeenschapsbesef aanwezig is dat de verschillen in belang en betekenis overstijgt.

Die gedachte aan een dragend gemeenschapsbesef speelde een belangrijke rol in de werkwijze van de Waarheids- en Verzoeningscommissie die na 1994 in Zuid-Afrika werd ingesteld om de diepe kwetsuren in de samenleving vanwege de Apartheid in de toekomst te boven te komen. President Nelson Mandela vroeg aartsbisschop Desmond Tutu de speciale rechtszittingen te leiden.  

Basisgedachte voor deze alternatieve rechtsgang waarin verzoening tussen daders en (nabestaanden van) slachtoffers via een directe confrontatie werd nagestreefd, was dat oprecht berouw bij de dader via bekentenissen een begin kon zijn van wederzijdse erkenning van medemenselijkheid. Deze rechtsgang verleende – indien het verband met het misdadige apartheidssysteem aannemelijk werd – vrijwaring voor de ‘gewone’ rechtsprocedures. Het functioneren van de Waarheids- en Verzoeningscommissie werd en wordt nog steeds heel verschillend beoordeeld, van een verademing of verrijking  tot een ernstige misvatting.

 

Muziek en dans

Muziek en dans zijn bij ubuntu inbegrepen. Zij begeleiden deze filosofie niet, maar vormen er de hartslag van. Traditionele Afrikaanse culturen waren in de regel orale culturen. Verhalen vertellen vormde er een belangrijk bestanddeel van. Verhalen werden dikwijls gezongen en begeleid door verschillende muziekinstrumenten en het was gewoon dat verhalenvertellers met pantomime of dans hun zingend spreken kracht bijzetten.

Bovendien zijn muziek en dans altijd een communicatieve kracht geweest bij rituelen in Afrikaanse samenlevingen. Belangrijke gebeurtenissen vier je. En vieren zonder muziek en dans is zoiets als bij een verjaardag droge biscuitjes uitdelen. Je versterkt met feest vieren de identiteit van je gemeenschap en je zelf. Je krijgt verbinding met de levende doden, de voorouders, om zoveel mogelijk harmonieuze verhoudingen te realiseren.

Bij de inauguratie van de eerste non-raciale regering in Zuid-Afrika in 1994 werd gezongen en gedanst. Daarmee werd die inauguratie pas werkelijk bevestigd. 

Alkmaar, 01-05-2018

Henk Haenen


[1] Henk Haenen, Ubuntu en Nelson Mandela. Afrikaanse filosofie van verzoening, Uitgeverij DAMON, Eindhoven 2018, p15.

[2] Mogobe Ramose, Ubuntu, Stroom van het bestaan als levensfilosofie, Uitgeverij Ten Have, Utrecht 2017.

[3] Sophie Bósèdé Olúwolé. Socrates en Òrúnmìlà, Wat we van Afrikaanse filosofie kunnen leren, Uitgeverij Ten Have, Utrecht 2017.