Wittgenstein en het poepmes

Een taalfilosofie van het alledaagse

Spreker: Piet Wiersma
Interviewer: Rob van de Ven
Muzikant: Pieter Veen
Moderator: Roos Wijnants

Ludwig Wittgenstein is de ongekroonde koning van het gedachte-experiment. Voorbeelden over alledaags taalgebruik spelen een sleutelrol in zijn schrijfstrategie. Wittgensteins werken worden gekenmerkt door prikkelende, maar tegelijkertijd ook fragmentarische aforismen die ons meenemen in allerlei mini-gedachte-experimenten. Deze schrijfwijze heeft niet alleen als doel om generaliserende theorieën over taal te bevragen, maar ook om ons als lezer kennis te laten met de waanzinnig complexe aard van taal. En dan bedoel ik niet omslachtige filosofische taal, maar ook, en vooral, alledaags taalgebruik.

Ondanks deze focus op de banaliteit van het alledaagse gaan er maar weinig van Wittgensteins voorbeelden en gedachte-experimenten over poep. Dat is apart — wat is er immers alledaagser dan een mensendrol? Deze lezing poogt die leegte op te vullen. Met behulp van het fenomeen van het ‘poepmes’ — een stuk gereedschap dat gebruikt wordt om mensendrollen te klieven tot doorspoelbare stukken — probeer ik Wittgensteins denken inzichtelijk te maken en tot leven te brengen. Niet alleen het poepmes zelf, maar ook het woord ‘poepmes’ moet worden gezien als een stuk gereedschap, zou Wittgenstein ons zeggen. Alleen op die manier begrijpen we wat woorden hun betekenis geeft, en wat taal zinvol maakt. Maar wat betekent het nu precies om woorden als gereedschap te zien, en welke problemen gaan er met deze oplossing gepaard?

Tijdens deze verkenning over het poepmes zal de wisselwerking tussen taal en de (menselijke) levenswereld centraal staan, net als Wittgensteins greatest hits: het ’taalspel’ en ‘betekenis als gebruik’. Maar ook minder bekende nummers komen langs, zoals zijn begrippen ‘zekerheid’ en ‘levensvorm’. Tot slot zal de — volgens Wittgenstein zo misleidende — metafysische neiging die van taal uitgaat aan bod komen. Daar snijdt Wittgenstein vakkundig doorheen zoals we zullen zien, als een mes door de… nouja… boter.